ik heb je liever als de zon
– ik heb je liever als de zon wat?
wat?
– ik heb je liever als de zon opkomt? of als de zon ondergaat?
nee, altijd
– altijd is te lang
nu dan. voortdurend
– voortdurend onvoorwaardelijk liever?
dat bedoel ik. ik kan niet stoppen
– alles kan stoppen
ik niet. ik heb je liever
– dan?
ja. ik heb je liever dan alles